In ons vakgebied gaat het vaak om het oplossen van mobiliteitsproblemen. Denk aan de (on)veiligheid van een fietsroute, de (on)toegankelijkheid van het openbaar vervoer of de stiptheid van de regiotaxi. De problemen worden gespot door gebruikers, de autoriteiten gaan op zoek naar een oplossing en wij adviseurs onderzoeken en komen met onze adviezen.
Tussen alle andere problemen, springt één probleem er echt met kop en schouders bovenuit: ‘de file’. Want welk ander mobiliteitsprobleem mag op zoveel aandacht rekenen als ‘de file’. Radio-uitzendingen worden ieder kwartier onderbroken om de files te melden, de voorpagina van nu.nl start ermee en kranten – zélfs het treinkrantje Metro – melden bij het weerbericht de filevoorspellingen ‘ochtendspits’ en ‘avondspits’.
Populariteit van de file
Hoe komt het dat de files als probleem zo populair zijn? Aan het aantal mensen dat er regelmatig mee te maken heeft kan dit niet liggen. Dagelijks staan ca. 500.000 mensen in de ochtendfile. Dat lijkt heel veel, maar het is maar zo’n 3% van de Nederlandse bevolking. 97% heeft er dus weinig tot geen last van. ‘Wachten’ tijdens een reis is heel normaal. Ook fietsers en voetgangers hebben er mee te maken (verkeerslichten of drukke oversteken) en iedere ov-reiziger weet dat dit erbij hoort. Daarnaast: mensen gaan in de file staan, omdat de alternatieven: fiets en ov blijkbaar voor hen nog minder interessant zijn. Het loont dus om in de file te staan!
Het fileprobleem is niet heel moeilijk op te lossen, want een file bestaat grotendeels uit lege stoelen. Als een kwart van de filerijders bij elkaar in de auto stapt zijn de files zo opgelost. Blijkbaar vinden de filerijders ook dat minder aantrekkelijk dan in de file staan. Zo erg om in de file te staan is het dus ook weer niet…
Vervoersarmoede
Het grote fileprobleem is feitelijk maar een klein en acceptabel probleempje voor een beperkte groep mensen gedurende een paar uur per dag. Niet alleen al die aandacht is vreemd. Erger is het dat door alle aandacht er vele miljarden door het Rijk worden besteed om dit ‘probleem’ op te lossen. Geld dat niet besteed kan worden aan het oplossen van andere problemen. Zoals bijvoorbeeld de vervoersarmoede van groepen mensen met een laag inkomen, beperking of leeftijd en geen beschikking hebben over een eigen auto. Zij zijn aangewezen op collectieve voorzieningen die, op geen enkele wijze, de mogelijkheden bieden waarover filerijders beschikken. Ik stel dan ook voor dat we vanaf nu iedere nieuwsuitzending als volgt eindigen: “Op dit moment kunnen veel mensen niet daar naartoe waar ze heen willen omdat ze niet over vervoer beschikken. De gezamenlijke overheden werken aan een oplossing maar verwachten niet dat dit probleem voor het eind van de ochtend is opgelost.”
‘Strategieën wil ik tactisch en praktisch overbrengen. Ik bijt me vooral vast in verkeer- en vervoersprocessen waarbij een verscheidenheid van belangen en belanghebbenden in het geding zijn. Als teamspeler draag ik actief bij aan oplossingen en sta ik open voor ideeën van anderen.’