Nu de pandemie op zijn laatste benen loopt, lijkt het erop dat er op mobiliteitsgebied weinig is veranderd. Bussen, treinen en snelwegen zijn weer vol en van minder spitsvervoer is geen sprake.
Een van de vragen die weer is teruggekeerd: Hoe moet het verder met de auto en haar infrastructuur? Niet alleen het wegennet is vol, ook de parkeerdruk wordt steeds hoger. Want verkeersoverlast is een van de grootste bronnen van ergernis in woonwijken.
En dat terwijl de capaciteit van de auto nauwelijks gebruikt wordt. Meestal rijden auto’s rond met 3 lege stoelen en 90% van de tijd staan auto’s stil. Dat kan slimmer! Eén van de opties hiervoor is het gebruik van deelauto’s.
Hierover publiceerde het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) afgelopen week een interessant rapport. Een van de conclusies is dat deelauto’s leiden tot minder autobezit en autogebruik. Dat is positief maar een andere conclusie is dat de omvang nog beperkt is. En daarmee ook de bijdrage aan het verlagen van autobezig. Blijkbaar zijn er nog veel onbenutte kansen.
Ik denk dat een belangrijke reden voor tegenvallende groei van deelauto’s is, dat de eigen auto in de meeste situaties weinig tot niets in de weg wordt gelegd. En dan geldt vanuit het perspectief van de berijder dat niets zo prettig is als de eigen auto: makkelijk, flexibel, comfortabel, snel en rechtstreeks.
Omdat de auto niet te verslaan is op deze onderdelen helpt het onvoldoende om alleen alternatieven aan te bieden. Er zal meer gestuurd moeten worden, zowel landelijk als lokaal, om het autobezit en -gebruik te ontmoedigen. Landelijk met road pricing, lokaal met sturend parkeerbeleid.
Ook het KiM keek naar deze samenhang. Een actief beleid van deelmobiliteit gekoppeld aan een actief beleid op het reduceren van autobezit en -gebruik is het meest succesvol.
Door slim te sturen op autobezit en -gebruik kunnen we de auto gebruiken daar waar deze nodig is en terugdringen waar de overlast het grootst is. En zorgen we ervoor dat zinvolle, efficiëntere en slimmere alternatieven zich verder kunnen ontwikkelen. Voor gemeente Groningen hebben we als uitwerking van de Groningse mobiliteitsvisie op een rij gezet hoe de gemeente het gebruik van deelauto’s een boost kan geven. De kansen van deelmobiliteit worden hiermee optimaal benut.
‘Strategieën wil ik tactisch en praktisch overbrengen. Ik bijt me vooral vast in verkeer- en vervoersprocessen waarbij een verscheidenheid van belangen en belanghebbenden in het geding zijn. Als teamspeler draag ik actief bij aan oplossingen en sta ik open voor ideeën van anderen.’